![background image](https://i.helpdoc.net/Nokia E90 Communicator/nl/Nokia E90 Communicator_nl077.png)
WPA-beveiligingsinstellingen
Selecteer in de toegangspuntinstellingen
WLAN-beveil.modus
>
WPA/WPA2
.
Selecteer
WLAN-beveil.instell.
en maak een keuze uit de volgende opties:
•
WPA/WPA2
— Selecteer
EAP
(Extensible Authentication Protocol) of
Vooraf ged. sleutel
(een geheime sleutel voor
apparaatidentificatie).
•
Instell. EAP-plug-in
— Als u
WPA/WPA2
>
EAP
hebt geselecteert, geeft u aan welke EAP-plug-ins op uw apparaat voor het
toegangspunt moeten worden gebruikt.
I n s t e l l i n g e n
© 2007 Nokia. Alle rechten voorbehouden.
77
![background image](https://i.helpdoc.net/Nokia E90 Communicator/nl/Nokia E90 Communicator_nl078.png)
•
Vooraf ged. sleutel
— Als u
WPA/WPA2
>
Vooraf ged. sleutel
hebt geselecteerd, voert u de gedeelde persoonlijke sleutel in
waarmee uw apparaat kan worden geïdentificeerd in het draadloze LAN-netwerk waarmee u verbinding maakt.
•
Alleen WPA2 (modus)
— Als u TKIP-codering wilt instellen, gebaseerd op wisselende sleutels die vaak genoeg wijzigen om
misbruik te voorkomen, selecteert u
Uit
. Alle apparaten in het draadloze LAN-netwerk moeten ofwel TKIP-codering toestaan,
ofwel dit weigeren.
Welke instellingen kunnen worden gewijzigd, kan verschillen.